In september 2012, neem ik de onoverkomelijke beslissing om te stoppen met werken. Ik had mijn droombaan gevonden, was procesmanager van een afdeling 'verkoop binnendienst en orderverwerking' en gaf leiding aan een enthousiaste club van dertig medewerkers. Het was mijn lust en mijn leven, zij waren mijn 'tweede gezin'. En ik was er apentrots op. Ik knokte er ook hard voor.
Het afscheid viel me zwaar, ik heb letterlijk drie maanden lang (onder schooltijd) opgerold op de bank liggen huilen. En de pijn is er nog. Minder, maar vergeten zal ik het nooit. Maar het was niet meer te combineren. Met name onze jongste dochter Luna vroeg erg veel aandacht. 's Avonds kon ze niet in slaap komen, 's nacht waren er de nachtmerries en zat ik de halve nacht met haar beneden. Overdag had ze hoofdpijn en ze was extreem nerveus. Ook begon ze me overdag continue te bellen. Op mijn werk zat ik te gapen, kon me slecht concentreren, kon zaken niet meer relativeren en werd emotioneel te betrokken. Er zat niets anders op, we moesten NU investeren in onze kinderen, hun toekomst was ons alles waard.